Feiten
Het restaurant is in april 2019 geopend na een grote verbouwing. Vanaf de opening zijn er echter verschillende problemen opgekomen. Vervolgens zijn de teugels strakker aangetrokken, is het concept van het restaurant aangepast en is het financieel administratieve beheer uitbesteed aan een professionele partij. Dit had als resultaat dat er in het eerste kwartaal van 2020 voldoende gasten, goede recensies en zwarte cijfers waren.
En toen kwam de coronacrisis. Op last van de overheid is het restaurant van 15 maart 2020 tot 1 juni 2020 en van 14 oktober 2020 tot 28 april 2021 gesloten geweest. In de tussenliggende periode is het restaurant met beperkingen open geweest en heeft het restaurant zich ingezet op afhaalmogelijkheden. Inmiddels is het restaurant weer open, maar de financiële impact van de periode dat het restaurant gesloten was, is groot. Ondanks de subsidiemaatregelen en de inzet op afhaalmogelijkheden, is het restaurant financieel zwaar getroffen. Daarbij komt nog dat het restaurant geen ‘vet op de botten’ had door de turn around die net voor de coronacrisis is gemaakt.
De Rabobank, heeft de financiering opgezegd en heeft aangekondigd op korte termijn over te gaan tot opeising Op dat moment zullen de bankrekeningen van het restaurant worden geblokkeerd en wordt betalingsverkeer onmogelijk. Zonder afkoelingsperiode is een herstructurering van het restaurant bij voorbaat kansloos.
Sinds de heropening in mei 2021 heeft het restaurant mooie cijfers gedraaid. De omzetten zijn beter dan begroot. Echter is het restaurant niet in staat per 31 augustus 2021 de volledige schuld aan de bank te voldoen, alle betalingsregelingen met verschillende schuldeisers te blijven nakomen en de achterstand bij de belastingdienst in te lopen.
Het restaurant geeft aan dat zij binnen 2 maanden een WHOA-akkoord wil aanbieden en is bezig daarvoor een financiering aan te trekken. Als mogelijke opties worden genoemd het TOA-krediet van Qredits en ook een financiering van een derde.
Als het niet tot een WHOA-akkoord komt, zal het restaurant failliet gaan. Dat zal leiden tot kapitaalvernietiging, aldus het restaurant. Verder zullen dan 13 werknemers hun baan verliezen. Het restaurant stelt dat een WHOA-akkoord gunstiger is voor de schuldeisers dan een faillissement. Daarmee is een afkoelingsperiode – om het akkoord in rust tot stand te brengen – ook in het belang van de gezamenlijke schuldeisers.
Verder voorkomt de afkoelingsperiode dat Rabobank tijdens de afkoelingsperiode pandrechten zal uitwinnen.
De beoordeling van de rechter
De rechtbank stelt vast dat summierlijk is gebleken dat een afkoelingsperiode noodzakelijk is om de onderneming – het restaurant – tijdens de voorbereiding van en de onderhandelingen over het akkoord te kunnen blijven voortzetten. Verder valt volgens de rechtbank redelijkerwijs aan te nemen dat de belangen van de gezamenlijke schuldeisers ook met een afkoelingsperiode gediend zijn. Uit dat wat het restaurant heeft gesteld blijkt namelijk dat de schuldeisers met een WHOA-akkoord een hogere uitkering tegemoet kunnen zien dan in geval van faillissement.
De rechtbank wil wel dat het restaurant haar uiterlijk een maand na de uitspraak informeert over de voortgang van de akkoordprocedure. Dat moet volgens de rechtbank met een schriftelijk verslag waarin staat welke acties zijn ondernomen om tot een akkoord te komen. Verder moet daaruit in elk geval volgen wanneer het akkoord aan de schuldeisers zal worden voorgelegd.
Conclusie
Een afkoelingsperiode kan een onderneming helpen om in rust een akkoord voor te bereiden. Zo kan worden voorkomen dat bijvoorbeeld een bank allerlei zekerheden, zoals pandrechten, gaat uitwinnen en een onderneming daardoor in de knel komt.
De rechtbank is daarnaast vrij om bepaalde voorzieningen te treffen. Zoals de rechtbank in dit geval doet, kan zij eisen dat zij wordt geïnformeerd over de voortgang van een WHOA-procedure. Dat biedt voor schuldeisers waarborgen dat er ook daadwerkelijk vorderingen gemaakt worden met het WHOA-akkoord en voorkomt misbruik van de afkoelingsperiode.